U bent hier : Home / Personen / Hoedemaker, Ph.J.
Geboren: 16 juli 1839
Overleden: 26 juli 1910
1880-1888 hoogleraar theologie (FdG)
Hoedemaker, Philippus Jacobus
[Lemma geschreven voor de serie Markante Protestanten]
Philippus Hoedemaker kwam ter wereld als zoon van een boekverkoper die in 1851 naar de Verenigde Staten trok. Het gezin behoorde tot de afgescheidenen, maar Hoedemakers moeder kon de band met de Nederlandse Hervormde Kerk maar moeilijk loslaten. Haar zoon studeerde aan het Theological Seminary in New Brunswick. In 1862 keerde hij terug naar Europa en maakte een studiereis die hem – via Bonn, Heidelberg en Straatsburg – in Utrecht bracht waar hij in 1867 promoveerde. In zijn dissertatie, Het probleem van de vrijheid en het theïstisch godsbegrip, gaf Hoedemaker blijk van een ruime blik die de invloed van de ethische theologie verraadde. Theologie en filosofie noemde hij niet tegenstrijdig maar aanvullend.
In 1868 werd Hoedemaker predikant in Veenendaal, vijf jaar later in Rotterdam vanwaar hij in 1876 naar Amsterdam werd beroepen. Inmiddels had hij zich aangesloten bij het door Kuyper geleide gereformeerde smaldeel in de hervormde kerk. Toen in 1880 de Vrije Universiteit werd opgericht aanvaardde Hoedemaker een leerstoel in de theologische faculteit. Al gauw raakte zijn professoraat overschaduwd door meningsverschillen met Kuyper die aanstuurde op een breuk met de hervormde kerk. Hoedemaker wilde de volkskerk trouw blijven. ‘Eerst reorganisatie, daarna reformatie,’ meende hij.
Kuyper zette door, met de Doleantie van 1886 tot gevolg. Hoedemaker ging er niet in mee en verliet een jaar later de Vrije Universiteit. Hij keerde terug naar de pastorie en wierp zich in woord en geschrift op als hoeder van de gereformeerde gezindte binnen de hervormde moederkerk. Ook de politiek trok hij binnen zijn gezichtsveld. Inspelend op onvrede binnen Kuypers ARP ontwierp Hoedemaker een beginselprogram voor een tegenpartij die uitging van één protestantse staat en maatschappij met de bijbel. ‘Heel de kerk en heel het volk,’ luidde zijn credo. Kuyper daarentegen bezag de Nederlandse staat als een neutralistisch monstrum en verdeelde de samenleving in twee kampen: gelovigen versus ongelovigen. Hoedemakers denkbeelden zouden een voorname plaats krijgen in de Christelijk-Historische Unie die in 1908 werd opgericht. Theologisch kregen ze in de jaren dertig gestalte in de beweging voor kerkherstel.
Auteur: Peter Bak, voor Protestant.nl, 14 november 2008