In de jaren 1880-1883 kregen de eerste studenten van de Vrije Universiteit college in de bovenzaal van de Schotse Zendingskerk, aan de Erwtenmarkt (nu: Amstel 56). Door buitenstaanders werd de VU in deze eerste jaren niet al te serieus genomen: studenten van de Universiteit van Amsterdam kalkten ’s nachts boven de deuren van de Zendingskerk de woorden uit Dantes Hel: ‘Lasciati ogni speranza, voi ch’entrate’ (‘Gij die hier binnengaat, laat alle hoop varen’).

Het gebouw aan de Amstel 56 is het oudste theater van Amsterdam; het werd in 1786 gebouwd als Théatre Français sur l‘Erwtemarkt. In het midden van de 19e eeuw werd het in gebruik genomen door de Schotse Zendingskerk. VU-directeur Hovy en hoogleraar Hoedemaker reisden persoonlijk naar Schotland om de Schotse ‘broeders’ te vragen hun kerkgebouw voor een aantal uren per week af te staan aan de VU. In 1886 werd het gebouw weer een theater. In de jaren 1908-1935 was het onder de naam Salvatori een zaal waarin debatten werden gevoerd. In 1947 werd het heropend als de Kleine Komedie. Nadat de VU in 1883 het gebouw Keizersgracht 162 in gebruik had genomen als universiteitsgebouw diende de Schotse Zendingskerk, tot 1897, nog wel als Aula voor promotieplechtigheden.